Het heeft vannacht keihard geregend. De straten zien er glibberig uit en rondom de camino zijn kleine riviertjes ontstaan. Wanneer we de hostel verlaten zien we gelukkig alweer strookjes blauw verschijnen tussen de grijze wolken. Vandaag steken we een kleine berg over en het zou fijn zijn als het weer een beetje meehelpt.
Ik voel me goed, ook al heb ik vannacht weinig geslapen. Gisteravond heeft de kok met veel liefde een 3-gangen pelgrimsmenu gemaakt voor ons. Aangezien de Spanjaarden laat eten, stapte ik met een overvolle buik mijn bed in. Ook mijn gedachten raasden door. Ik had tijd nodig om de indrukken van de dag een plek te geven en het duurde lang voordat ik de slaap kon vatten.
We vertrekken vol goede moed. Ik stap stevig door en volg zingend en kletsend de camino richting onze eerste berg. Saskia volgt en lijkt zich in stilte voor te bereiden op de klim. En dan ineens slaat het weer om. Het gaat steeds harder regenen. Terwijl mijn humeur ook enigszins omslaat, krijgt Saskia juist een opleving. Dankzij de regen koelt ze een beetje af. Ik krijg het steeds kouder en heb de neiging om flink door te stappen. Net wanneer ik het gevoel krijg dat mijn jas doorweekt raakt, passeren we een kleine bar die haar deuren uitnodigend heeft geopend. Binnen is het lekker warm en de barman wijst ons waar we onze natte spullen kunnen ophangen om te drogen. We bestellen een café-con-leche en ik laat alles verder van me afglijden.
Enigszins opgewarmd vervolgen we onze weg richting Negreira, het volgende stadje waar we een lunchpauze willen houden. Ik vind het prettig om de dag in stukjes te verdelen en te lopen van koffiebar naar lunchplek, naar slaapplaats. Het leven op de camino is eenvoudig. Lopen, eten, slapen.
Inmiddels heeft de regen plaats gemaakt voor een stevige wind, waardoor mijn natte kleding snel droogt. Het ene moment lopen we over smalle, rotsige bospaden en langs eeuwenoude bomen die kenmerkend zijn voor Galicia. We stappen door dorpjes met vergane huizen en over oude paden met ongelijke keien. Elk stuk van de camino heeft zijn charme.
Verderop geniet ik van een overdaad aan gele en paarse bloemetjes langs de kant van de weg. Ik herken rhododendrons, roze bougainvilleas, witte jasmijn en wisteria. Zelfs de citroen- en sinaasappelbomen dragen volop kleurrijke vruchten. Idyllischer kan het bijna niet worden.
Bij Ponte Maceira loopt het pad over een 14e eeuwse stenen brug waar we elkaar nauwelijks kunnen verstaan door de kletterende waterval in de rivier onder ons.
Al lopend verandert het landschap continue en wij lijken daarin mee te bewegen. Het ene moment zijn we volop in gesprek, dan weer ieder in onze eigen gedachten verzonken.
Ondertussen hebben we al behoorlijk wat kilometers afgelegd. Op Google Maps ontdek ik dat onze volgende albergue veel verder ligt dan we hadden berekend. In plaats van de beoogde 17 km, zullen we bijna 23 km moeten afleggen. Ik voel mijn voeten branden. Saskia wordt steeds stiller, ik licht bezorgd.
Onderweg zie ik een bordje “Taxiservice” en even schiet door mijn hoofd dat er altijd alternatieven zijn. Een fijne gedachte. Toch lopen we door en voelen de opluchting wanneer we eindelijk het uithangbord van onze albergue zien. Maar om daar te komen moeten we eerst nog even een steile trap omhoog.
Ventosa - Negreira - A Peña, 23 km